
Niet-westerse geschiedenis
Populair in Niet-westerse geschiedenis
De aanval van Hamas op Israël van 7 oktober 2023 schokte de regio en de wereld. Voor Israëliërs resulteerde de aanval in een groot psychologisch trauma. Bij de militaire reactie, met bombardementen en een grondinvasie in Gaza, werden tienduizenden Palestijnen gedood en bijna twee miljoen mensen van huis en haard verdreven.Het Israëlisch-Palestijnse conflict stond in de jaren hiervoor in het Westen steeds minder in de belangstelling. Dat is in één klap veranderd. Historisch gezien is Israël altijd al onderwerp geweest van felle debatten over religie, de Holocaust, kolonialisme en terrorisme. In dit Elementair Deeltje gaat Derk Walters in op de historische context van het conflict. Hij legt uit waarom mensen langs elkaar heen praten als het over dit onderwerp gaat, en waarom oplossingen ver buiten bereik liggen.
Weg van de veralgemeningen en voorbij de clichés schetst japanoloog Luk Van Haute een beeld van de Japanse samenleving, die veel diverser is dan sommigen willen doen geloven. Aan de hand van ruim dertig jaar persoonlijke ontmoetingen, ervaringen en belevenissen laat hij zijn licht schijnen over hoe Japanners omgaan met buitenlanders, met de buurlanden, met minderheden, met het oorlogsverleden, met de rol van de keizer, met uitstekende spijkers. Heen en terug in de tijd neemt Van Haute ons mee van het barre noorden naar het tropische zuiden, van de metropool naar de gebieden getroffen door aardbevingen en tsunami's, van de universiteit naar de legerbasis, van de subculturen naar de sumoring, van de daklozen naar de superrijken. Bij een bezoek aan Kioto in de lente van 2016 zag ik in de wijk Gion westerlingen heel enthousiast aan meisjes in kimono vragen of ze alstublieft een foto van hen mochten nemen, in de vaste overtuiging dat ze met geisha's of maiko's te maken hadden (want volgens hun toeristische informatie hingen die daar in de buurt rond). Helaas waren het Chinese toeristen, die van hun hotel zo'n (goedkope) kimono in bruikleen hadden gekregen, als deel van hún 'unieke Japan-ervaring'.
'Geen zee te hoog' is een poging om de vreemde, soms moeilijk te vatten Japanse samenleving te begrijpen. Al was het maar vanwege de manier waarop het zijn problemen te lijf gaat. Waarom blijft de Japanse regering zo vasthouden aan kernenergie? Waarom blijven Japanners op walvissen jagen? En steenkool invoeren? Hoe komt het dat er zovelen, de zogeheten herbivoren of graseters, seks afwijzen? Waarom gaan Japanners zelden of nooit in staking, al lijkt daar alle reden toe? Hoe democratisch is een land waar één partij decennialang bijna onafgebroken aan de macht is? Waarom blijven de Japanners gekant tegen immigratie, ondanks een schreeuwend tekort aan personeel? Waarom zijn de Japanners zo dol op robots? In 'Geen zee te hoog' biedt Paul Muys een inkijk in de Japanse samenleving en gaat over acute problemen (problemen die ook de onze zijn), hun gevolgen én de oplossingen of het uitblijven daarvan. Paul Muys (1945) is voormalig anker en reportagemaker voor Panorama (BRT). Hij bereist Azië, schrijft over China ('De gebroken rijstkom: het testament van Deng Xiaoping') en nu ook over Japan.
'Het Hemels Mandaat' vormde de basis van de heerschappij van de Chinese keizers als vertegenwoordigers van de hemel op aarde. Onder deze illustere titel behandelt Barend ter Haar op overzichtelijke en heldere wijze de geschiedenis van het Chinese keizerrijk. De auteur geeft een kritische analyse van cruciale gebeurtenissen als de zestiende-eeuwse globalisering, de opkomst en ondergang van het Mandsjoerijk en het westerse imperialisme in de negentiende en vroege twintigste eeuw. Ook de recentere geschiedenis komt aan bod. Er is aandacht voor politieke geschiedenis, maar ook voor maatschappij en economie, religie en literatuur, wetenschap, technologie, en de positie van de vrouw. Voorzien van een gedetailleerde index, kaarten en illustraties, en een beknopte handreiking voor verder lezen, is 'Het Hemels Mandaat' het ideale beginpunt voor een reis door een land waar zo veel interesse voor is. Bij deze vierde druk heeft de auteur waar nodig feitelijke informatie bij nieuwe inzichten aangepast. In hoofdstuk 13 is geprobeerd meer recente ontwikkelingen te verwerken. De bibliografie is bijgewerkt, inclusief de diverse weblinks.
Econoom Victor Wesseling, gespecialiseerd in internationale betrekkingen, is al zijn leven lang gefascineerd door China. Hij leerde de taal en ging er wonen om zo de sterk van het Westen afwijkende cultuur en politiek, en daarmee de grote economische successen, te kunnen doorgronden. Vijfduizend jaar geschiedenis – van keizerrijk tot volksrepubliek –, het complexe bestuurssysteem en de snelle overgang van derdewereldland naar moderne maatschappij, Wesseling onderzoekt het en legt verbanden. Hoe het land eind vorige eeuw in zo’n korte tijd van een gesloten volkshuishouding tot een van de grootste economische wereldmachten heeft kunnen uitgroeien – westerse technologie en ideologieën incorporeerde, maar tegelijk vrijheden van burgers bleef inperken – verklaart hij overtuigend in dit boek. Om China te kunnen begrijpen, moet je leren denken als een Chinees, aldus Wesseling.
Zuidoost-Azië is op het eerste gezicht een regio vol diversiteit. Elf grote en kleine natiestaten, een veelheid aan religies, talen en culturen, en belangrijke geografische en ecologische verschillen lijken dit te bevestigen. In deze eerste Nederlandstalige geschiedenis van dit gebied laat Henk Schulte Nordholt deze diversiteit tot haar recht komen, maar gaat hij ook op zoek naar wat de regio verbindt. Anders dan India en China kende Zuidoost-Azië geen rigide hiërarchie en grote imperiale rijken. In plaats daarvan kenmerkte de regio zich door kleinschaligheid en had de politiek ondanks de drang naar hiërarchie een egalitaire inslag. Er zijn bovendien opvallende culturele overeenkomsten tussen de verschillende gebieden in Zuidoost-Azië, waaronder een relatief autonome positie van de vrouw. Vroege invloeden uit India droegen bij aan de ontwikkeling van de eerste koninkrijken en de bouw van de grootste religieuze bouwwerken ter wereld: Borobudur en Angkor Wat. Alle grote wereldreligies vonden aanhang in de regio en mengden zich met lokale geloofsvoorstellingen. Koloniale overheersing door Britten, Fransen, Nederlanders en Amerikanen vormde een gedeelde ervaring, net als de Japanse bezetting in de Tweede Wereldoorlog, de strijd om onafhankelijkheid en de invloed van de hete Koude Oorlog die in Zuidoost-Azië zeven miljoen slachtoffers eiste. De opkomst van autoritaire regiems en neoliberale economische invloeden en de recente processen van democratisering completeren de gedeelde geschiedenis van het gebied. Een belangrijk thema in 'Een geschiedenis van Zuidoost-Azië' is de trage vorming van staten, uitmondend in de huidige natiestaten. Daarnaast is er in de geschiedenis van Zuidoost-Azië altijd sprake geweest van intensief contact met de buitenwereld. De interactie tussen mondiale ontwikkelingen en lokale dynamiek vormde de motor van de geschiedenis van Zuidoost-Azië.
Japan is een van de succesvolste economieën ter wereld, een icoon van de moderne tijd, maar voor velen een raadsel. Het land lijkt voor ons een combinatie van bekend en vreemd, traditioneel en modern. Dit Elementaire Deeltje verkent de mythen en de realiteit van modern Japan, en biedt ons inzicht in de geschiedenis, economie, politiek en cultuur van dit fascinerende land. Ook geeft het antwoord op de vraag wat 'modern' volgens de Japanners betekent. Het Elementaire Deeltje Modern Japan is voorzien van extra informatie over de relatie tussen Japan en Nederland.
Op het einde van de jaren 1980 registreerde Dirk Tieleman voor het radioprogramma Aktueel de eerste stemmen van hoop op verandering in Rusland. Later reisde hij op de motor door het land en filmde voor het televisieprogramma Panorama de pijn en woede om het zoveelste falen. Hij was erbij in Sint-Petersburg toen Poetins ster rees en trok naar Oekraïne toen daar het eerste oproer uitbrak. Wat is Poetin van plan? Vreest hij dat ‘democratische chaos’ en ‘waardeloze rechten’ voor lgbtq+- gemeenschappen Rusland zullen overspoelen als het Westen oprukt tot aan de grenzen? Wil hij daarom in de rafels van Rusland enkel regimes die hem ter wille zijn? Infiltreert hij de westerse beschaving? Dirk Tieleman reisde naar het land en zijn veertien vroegere deelstaten, sprak met kroongetuigen, hoofdrolspelers en toevallige passanten, en verschaft in dit boek helder inzicht in een haast onontwarbaar kluwen. Voor een goed begrip keert hij terug in de tijd.
In dit werk schetst de Argentijnse historicus Félix Luna de geschiedenis van zijn land vanaf de eerste stichting van de stad Buenos Aires in 1536 tot aan de regering van president Néstor Kirchner in 2003. Het is het eerste geschiedkundige werk over Argentinië in het Nederlands. Verhalende geschiedenis Argentinië Het is een geschiedenis in verhalende vorm zonder gedetailleerd in te gaan op namen, jaartallen en veldslagen. Het gaat meer over de grotere context van het verloop van de geschiedenis van Argentinië en toont de aanhoudende inspanning van een volk om zijn eigen identiteit te vinden, de tegenstelling tussen de hoofdstad en de provincies te overbruggen en tot een stabiel democratisch systeem te komen. Het boek vormt een mooie introductie op de geschiedenis van Argentinië, het land dat grote beroemdheden voortbracht, waaronder natuurlijk Koningin Máxima. Auteur Félix Luna Félix Luna werd geboren op 30 september 1925 in Buenos Aires. Hij is daar ook overleden op 5 november 2009 op de leeftijd van 84 jaar. Hij studeerde rechten aan de Universiteit van Buenos Aires, studeerde af in 1951 en werd advocaat. Tegelijkertijd begon hij te schrijven en in 1954 debuteerde hij met een biografie over president Yrigoyen. Op zijn naam staat enorm oeuvre van boeken over de geschiedenis van Argentinië zoals biografieën over de presidenten Alvear, Ortiz en Roca. Ook schreef hij uitgebreid over het fenomeen van het Peronisme. Van zijn hand is verder de tiendelige 'Integrale geschiedenis van Argentinië". Vertaler Bart Beereboom Bart Beereboom raakte als kind gefascineerd door de legendarische Eva Perón. Dit groeide uit tot een grote passie voor de geschiedenis en cultuur van Argentinië. Al meer dan twintig jaar reist hij naar dit Zuid-Amerikaanse land en in 2002 woonde hij een half jaar in de Argentijnse hoofdstad Buenos Aires. Daar kreeg hij specifiek les in het castellano rioplatense, het Spaans van Argentinië, dat een geheel eigen karakter heeft. In Nederland volgde hij daarna een studie voor vertaler Spaans.
In het Suriname van de jaren zestig is Parmeswar Gowricharn een gerespecteerde goudsmid met een tevreden klantenkring. Maar de verhuizing naar een andere wijk, die een stap hogerop had moeten betekenen, zorgt juist voor meer problemen. Afgesneden van zijn klantenkring wordt het voor de goudsmid steeds moeilijker om aan werk te komen. Hij marginaliseert en raakt verslaafd aan alcohol. Hoe reageert de Hindostaanse gemeenschap, waarin maatschappelijk aanzien en succes zwaar wegen, op deze sociale daling? Hoe reageren de gezinsleden? Ruben Gowricharn, zoon van de goudsmid, analyseert de marginalisering van zijn ouderlijk gezin en legt een aangrijpende geschiedenis bloot van werkdrift, kwetsbaarheid, incasseringsvermogen en veerkracht. ‘Met het sociologische scalpel ontleedt Ruben Gowricharn nauwgezet zijn vaders Werdegang en ondergang binnen een kleine, naar binnen gerichte cultuur van roddel, eer en trots.’ – Herman Vuijsje ‘Je kunt nog zoveel wetenschappelijke studies lezen over emancipatie in een voormalige kolonie, ze verbleken bij deze persoonlijke familiegeschiedenis met al zijn pech, verdriet, tegenslag en uiteindelijk vertrek naar het vroegere moederland.’ – John Jansen van Galen
Top 10 van Niet-westerse geschiedenis
Met het relaas van vrijheidsstrijder Abdelkrim als rode draad vertelt Koloniale vloek hoe de dekolonisatie van Marokko voor de Riffijnen niet tot de verhoopte vrijheid en soevereiniteit leidde.
Op het einde van de jaren 1980 registreerde Dirk Tieleman voor het radioprogramma Aktueel de eerste stemmen van hoop op verandering in Rusland. Later reisde hij op de motor door het land en filmde voor het televisieprogramma Panorama de pijn en woede om het zoveelste falen. Hij was erbij in Sint-Petersburg toen Poetins ster rees en trok naar Oekraïne toen daar het eerste oproer uitbrak. Wat is Poetin van plan? Vreest hij dat ‘democratische chaos’ en ‘waardeloze rechten’ voor lgbtq+- gemeenschappen Rusland zullen overspoelen als het Westen oprukt tot aan de grenzen? Wil hij daarom in de rafels van Rusland enkel regimes die hem ter wille zijn? Infiltreert hij de westerse beschaving? Dirk Tieleman reisde naar het land en zijn veertien vroegere deelstaten, sprak met kroongetuigen, hoofdrolspelers en toevallige passanten, en verschaft in dit boek helder inzicht in een haast onontwarbaar kluwen. Voor een goed begrip keert hij terug in de tijd.
Nieuw in Niet-westerse geschiedenis
Maak kennis met tien godinnen uit de wereldmythologie. 'Fascinerend, leuk, slim en inzichtelijk.' Jennifer Saint, auteur van Ariadne. Voor lezers van Madeline Miller en Natalie Haynes.
Met het relaas van vrijheidsstrijder Abdelkrim als rode draad vertelt Koloniale vloek hoe de dekolonisatie van Marokko voor de Riffijnen niet tot de verhoopte vrijheid en soevereiniteit leidde.
De aanval van Hamas op Israël van 7 oktober 2023 schokte de regio en de wereld. Voor Israëliërs resulteerde de aanval in een groot psychologisch trauma. Bij de militaire reactie, met bombardementen en een grondinvasie in Gaza, werden tienduizenden Palestijnen gedood en bijna twee miljoen mensen van huis en haard verdreven.Het Israëlisch-Palestijnse conflict stond in de jaren hiervoor in het Westen steeds minder in de belangstelling. Dat is in één klap veranderd. Historisch gezien is Israël altijd al onderwerp geweest van felle debatten over religie, de Holocaust, kolonialisme en terrorisme. In dit Elementair Deeltje gaat Derk Walters in op de historische context van het conflict. Hij legt uit waarom mensen langs elkaar heen praten als het over dit onderwerp gaat, en waarom oplossingen ver buiten bereik liggen.
Palestina en Israël van Meindert Dijkstra is een wetenschappelijke historische studie over de onbekende geschiedenis van Palestina en Israël vóór de stichting van de staat Israël in 1948. Het is een verzwegen geschiedenis van winnaars en verliezers in hetzelfde land, van de 13e eeuw voor Christus tot aan de Eerste Wereldoorlog. Dit boek helpt te begrijpen waarom de Palestijnen, wat ook hun herkomst is geweest, al eeuwenlang geworteld zijn in hun erfgoed Palestina en nog altijd recht hebben op een eigen land, volk en staat. Meindert Dijkstra (1946) is emeritus predikant van de Protestantse kerk in Nederland. Hij doceerde Oude Testament en Oud-oosterse godsdiensten en culturen aan het Evangelisch Koptisch Seminarie te Caïro en was als universitair docent werkzaam aan de Faculteit Godgeleerdheid te Utrecht in hetzelfde vakgebied.
Nizaar Makdoembaks
Onthulling dader Rijswijkse moorden
Twee mannen pleegden een brute moordaanslag in Rijswijk in de nacht van 7 op 8 maart 1985. Drie mannen werden van dichtbij doodgeschoten, twee raakten zwaargewond. Alle slachtoffers waren lid van een amateurband. Zij repeteerden in de kantoorruimte op de verdieping waar ook de Raad voor de bevrijding van Suriname was gevestigd, een organisatie die zich verzette tegen het regime van legerleider Desi Bouterse. De zoektocht naar de daders begon meteen en de politie verspreidde onder meer een compositietekening van de daders. Gaandeweg het onderzoek ging men ervan uit dat het een vergismoord betrof met de Raad voor de bevrijding van Suriname als het eigenlijke doelwit. Uiteindelijk is niemand voor de aanslag veroordeeld. Op het moment van de aanslag was Nizaar Makdoembaks sinds enkele maanden bezig met het opbouwen van een huisartsenpraktijk in de Bijlmer. Als activistisch Surinamer kende hij de maatschappelijke en culturele achtergronden van vooral de Surinamers in dat stadsdeel. Toen Makdoembaks de compositietekening zag van één van de daders van de Rijswijkse aanslag, schrok hij. Hij herkende in de tekening een patiënt uit zijn praktijk. Wat moest hij doen, wat kón hij doen? Niets! Gebonden als hij was aan zijn medisch beroepsgeheim, alsook bevreesd voor mogelijke vergeldingsacties van Surinamers die Bouterse steunden. Nu, bijna veertig jaar later, geldt dat beroepsgeheim nog steeds. Desondanks durft Makdoembaks zijn zwijgen te doorbreken in het kader van de waarheidsvinding. Hij gaat in op de achtergrond van zijn ‘patiënt A’, een man met nota bene een diplomatenpas als tijdelijk ambtenaar van de Surinaamse ambassade. Een onthullende reconstructie.
Dit boek werd voor het eerst gepubliceerd in het Turks onder de titel Bilinmeyen Osmanlı, met als coauteur Prof. Dr. Said Öztürk, en werden er 250.000 exemplaren van gedrukt. Ik beantwoordde 290 vragen, terwijl Öztürk er in totaal 13 beantwoordde. Hij werkte mee aan de bronvermeldingen en referenties en heeft het boek onvermoeibaar nagelezen en geredigeerd. Bovendien werd dit boek later vertaald in het Arabisch; de eerste editie werd gepubliceerd door Osmanlı Araştirmalari Vakfi (OSAV), Istanbul, en de tweede zal worden gepubliceerd door Dār al-Shouroq in Caïro. De Nederlandse versie van dit boek is bijna een apart werk geworden van de eerdergenoemde versies. Hoewel het grootste deel in het Nederlands werd vertaald door vertaalcommissie IUASR, moest het boek op een aantal punten worden verbeterd en moesten sommige artikelen worden herschreven na raadpleging van westerse bronnen over de verschillende onderwerpen. Daarom heb ik de titel en de opmaak van het boek voornamelijk om deze reden veranderd. Maar ik heb aangegeven welke artikelen door Prof. Öztürk zijn geschreven. Ter voorbereiding van dit boek zijn de vragen die het behandelt sinds 1983 besproken in academisch onderzoek, en daarnaast zijn er honderden conferenties gehouden in heel Anatolië. Als gevolg daarvan hebben zich meer dan 5000 vragen verzameld in onze “vraagbaak”, in geschreven vorm ingediend door zowel lezers als toehoorders. Bijvoorbeeld, de kwestie van ḥarem komt op de eerste plaats, met 503 vragen. De vraag of de Ottomaanse Sulṭāns, met name Bayezid de Donder, alcohol dronken komt op de tweede plaats, met 276 vragen. Deze werden gevolgd door vragen over broederschapsrechten en vrijheden in de Osmaanse staat, de vraag of de Sulṭāns op bedevaart gingen, of Sulṭān Waḥīduddin een verrader was, enz. Onnodig te zeggen dat wij ons hebben laten inspireren door soortgelijk onderzoek dat op dit gebied is gedaan. Er zijn 307 verschillende onderwerpen in dit boek, waarvan sommige hieronder staan: – Oorlog (jihād) in de Osmaanse staat en de wettelijke beginselen van de veroveringspolitiek in de Osmaanse staat – Het Devşirme (devshirmeh) systeem – De beweringen dat de Osmaanse staat de Bektaşi en Alevitische tradities aanhield gedurende de jaren van zijn stichting tot Sulṭān Selim de Excellente en dat de Abdalan-ı Rum bestond uit Bektaşi Baba’s en Alevitische Dedes. – Over geruchten dat sommige Osmaanse Sulṭāns verslaafd waren aan alcohol en zelfs onwettige carrouals hielden in het Paleis. – De wettigheid van broedermoord in de Osmaanse staat en sommige beweringen van sommige historici over wreedheid en massamoord omwille van het claimen van de Sultanat. – Er zijn beweringen dat Sulṭān Meḥmed de Veroveraar sympathiek stond tegenover het christendom en correspondeerde met de paus. – Over de Ottomaanse staat die hulp aanbood aan de Andalusische staat die in 1492 werd verwoest. – Ottomaanse harem. – Ottomaanse wetboeken. – Ottomaans rechtssysteem en islamitische wet. – Welke gebeurtenissen hebben de haat gezaaid tussen Arabieren en Turken, die beiden moslim zijn? – De redenen voor het verval en de val van de Ottomaanse staat. – De capitulaties als een van de redenen voor de beëindiging van de Ottomaanse staat.
Nadat hij in 2000 in Aleppo de fascinerende Syrisch-orthodoxe en Armeense koormuziek heeft gehoord, reist auteur Willem Bruls in de jaren daarna veelvuldig naar deze bijzondere Syrische stad om de rijke multiculturele muziektradities te leren kennen. Hij luistert naar kerkkoren en woont soefi-bijeenkomsten bij, bezoekt concerten en muziekscholen. Hij ontdekt dat Aleppo de hoofdstad van de Arabische muziek is en ontmoet zangers en musici zoals udvirtuoos Muhammad Qadri Dalal en de muzikale aartsbisschop Mor Yohanna. Eveneens probeert hij er de wortels van de joodse, christelijke en islamitisch-Arabische muziek te vinden. Als in 2011 de burgeroorlog uitbreekt, rijst de vraag wat er met al die musici, musicologen, componisten, dirigenten en kunstenaars is gebeurd. Leven ze nog? Wonen ze nog in Aleppo? Maken ze nog muziek en welke rol speelde die in de gelaagde cultuur van de stad? Gevolg is een zoektocht naar de muzikale overlevenden, die voert naar Parijs, Alexandrië, Dublin en Stockholm. En in 2021 volgt een confronterend weerzien met het beschadigde Aleppo zelf. Er wordt nog steeds Aleppijnse muziek gemaakt, binnen en buiten Syrië, maar de tragische gebeurtenissen van het afgelopen decennium hebben de muziekcultuur voorgoed veranderd. Willem Bruls schrijft al dertig jaar over muziek. Hij publiceerde boeken over opera en oriëntalisme en over de muziekcultuur van Venetië. Oriënt en oriëntalisme spelen een belangrijke rol in zijn werkzaamheden als auteur en theatermaker. Hij werkte onder andere met de Iraanse kunstenares Shirin Neshat aan een voorstelling over Shakespeares Tempest. Voor de Zuid-Afrikaanse componist Richard van Schoor schreef hij het libretto voor de opera Alp Arslan, die zich eveneens afspeelt in Aleppo. Verder werkt hij als dramaturg op het gebied van muziektheater en dans.
Op het einde van de jaren 1980 registreerde Dirk Tieleman voor het radioprogramma Aktueel de eerste stemmen van hoop op verandering in Rusland. Later reisde hij op de motor door het land en filmde voor het televisieprogramma Panorama de pijn en woede om het zoveelste falen. Hij was erbij in Sint-Petersburg toen Poetins ster rees en trok naar Oekraïne toen daar het eerste oproer uitbrak. Wat is Poetin van plan? Vreest hij dat ‘democratische chaos’ en ‘waardeloze rechten’ voor lgbtq+- gemeenschappen Rusland zullen overspoelen als het Westen oprukt tot aan de grenzen? Wil hij daarom in de rafels van Rusland enkel regimes die hem ter wille zijn? Infiltreert hij de westerse beschaving? Dirk Tieleman reisde naar het land en zijn veertien vroegere deelstaten, sprak met kroongetuigen, hoofdrolspelers en toevallige passanten, en verschaft in dit boek helder inzicht in een haast onontwarbaar kluwen. Voor een goed begrip keert hij terug in de tijd.
Nizaar Makdoembaks
Coffij Makka Makka en het verzet van de Kwinti
In tijden van slavernij zijn er altijd mensen die hieraan willen ontkomen. Ze vluchten en duiken onder om in vrijheid te kunnen leven. Zo ook in Suriname, waar het gouvernement zich ten doel stelde deze onderduikers met verdeel-en-heers tactieken en structurele vervolging ‘geheel uijt te roejen’. Het kleine en standvastige onderduikersvolk van de Kwinti verzette zich bijna een eeuw lang tegen deze meedogenloze jacht. Makdoembaks belicht de vroege geschiedenis van de Kwinti marrons, die tot op heden weinig is beschreven. In achttiende-eeuwse bronnen werden zij Makka Makka’s genoemd, later Coffij Makka Makka’s. Dit laatste naar een van hun grote leiders, de in de jungle geboren Coffij. Keer op keer wist Coffij met de zijnen de aanvallen van onder meer de roemruchte koloniale commandant Friderici, inheemsen en de Zwarte Jagers te pareren. Dit boek bevat dan ook een schrikbarende hoeveelheid vervolgingsdocumenten. Toch ligt in die stukken over uitroeiing, vernietiging en een niet aflatende angst voor vergelding ook een schat aan details besloten over het leven van de vroege Kwinti, hun religie en hun cultuur. Frappant aan deze groep onderduikers is dat zij van meet af aan probeerden vreedzame, zelfvoorzienende gemeenschappen op te bouwen, weg van het oog van de koloniale overheersers. Ze wilden in volwaardige nederzettingen een onbekommerd landbouw- en visserijbestaan leiden. In zichzelf vormden de Kwinti geen bedreiging. Het koloniale bewind van Suriname zag dat echter anders en lokte met geweld alleen maar meer geweld uit, zonder ooit in haar opzet te slagen. Als verzetsleider die de Kwinti voor uitroeiing wist te behoeden verdient Coffij een plek tussen zijn beroemde lotgenoten Boni, Baron en Jolicoeur. Anno 2023 vormen de Kwinti nog altijd een kleine, belangrijke bevolkingsgroep in Boven-Coppename, onder leiding van granman Remon Clemens.
Econoom Victor Wesseling, gespecialiseerd in internationale betrekkingen, is al zijn leven lang gefascineerd door China. Hij leerde de taal en ging er wonen om zo de sterk van het Westen afwijkende cultuur en politiek, en daarmee de grote economische successen, te kunnen doorgronden. Vijfduizend jaar geschiedenis – van keizerrijk tot volksrepubliek –, het complexe bestuurssysteem en de snelle overgang van derdewereldland naar moderne maatschappij, Wesseling onderzoekt het en legt verbanden. Hoe het land eind vorige eeuw in zo’n korte tijd van een gesloten volkshuishouding tot een van de grootste economische wereldmachten heeft kunnen uitgroeien – westerse technologie en ideologieën incorporeerde, maar tegelijk vrijheden van burgers bleef inperken – verklaart hij overtuigend in dit boek. Om China te kunnen begrijpen, moet je leren denken als een Chinees, aldus Wesseling.
Nizaar Makdoembaks
Polaks slavernijverleden en Beekes genitaal verminkte Sophia
Bij onderzoek van de auteur naar zijn geboortestreek in Suriname stuitte hij op een rechtszaak uit 1777 tegen de plantagebeheerder Hermanus Beeke. Beeke mishandelde het slaafgemaakte meisje Sophia dat hij in eigendom had zo gruwelijk dat zij stierf aan de gevolgen daarvan. Zelfs in het koloniale Suriname uit de slavernijtijd, waar wreedheid tegen slaafgemaakten in de wet verankerd lag, wekte de genitale verminking van het meisje verontwaardiging. Het dossier Beeke toont in alle helderheid de onoverbrugbare afstand tussen de nobele woorden en voornemens in uitgevaardigde decreten en resoluties en de mensonterende dagelijkse realiteit op de plantages. Een afstand die plantagebeheerders en -eigenaren in stand hielden met als enige doel goed geld te blijven verdienen, koste wat het kost. Een ander sprekend voorbeeld hiervan is Ephraim Jacobs Polak. Hij diende een half jaar voor de moord op Sophia een klacht in tegen Beeke wegens mishandeling van een slaafgemaakte vrouw die hijzelf in eigendom had. Hoewel hij zelf bepaald niet de handen in onschuld kon wassen. Aan al dit archiefonderzoek verbindt de auteur als conclusie dat het nazaten en Nederland zou sieren een substantiële bijdrage te leveren aan de huidige gezondheidszorg in Suriname. Als passend gebaar naar aanleiding van de betrokkenheid van onze voorouders bij de slavernijgeschiedenis, waar de Nederlandse staat in 2022 excuses voor aanbood. Dit boek maakt onderdeel uit van een tweeluik over de slavernijgeschiedenis dat auteur Nizaar Makdoembaks in 2023 publiceert in het kader van het Herdenkingsjaar Slavernijverleden en de viering van 160 jaar afschaffing slavernij.
Wie was de Surinaamse Petronella de Moor uit de Jansstraat? Hoe raakte Adriana Burlamacchi vanuit Bengalen verzeild in Haarlem? Welke rol speelden de Haarlemse broers Balthasar en Joseph Coymans in de slavenhandel? En hoe komt een Afrikaanse jongen op een werk van Frans Hals? De huizen en straten van Haarlem dragen de sporen van koloniale slavernij. Ruim honderd plekken in en rond de stad komen in beeld, met verhalen van slaafgemaakten en hun handelaren, rijke kooplieden, wegkijkende bestuurders, vrije mensen van kleur en uitgebuite zeelui. Voor dit onderzoek hebben de auteurs talloze archieven en museumcollecties tot in detail doorgespit. Ook spraken zij met Haarlemmers van wie voorouders in slavernij waren gehouden. Dit boek voegt met al deze persoonlijke verhalen van toen en nu een nieuwe laag toe aan de geschiedenis van Haarlem. «Niemand hoeft mij meer te vertellen dat ik hier niet hoor, want mijn geschiedenis ligt ook in Haarlem.» – Bevon Niles, Haarlemmer geboren op St Maarten. « Susanna Dumion woonde vlak bij mij. Door haar voel ik mij niet meer zo alleen.» – Jomecia Oosterwolde, geboren in Rotterdam, woont in Haarlem. «Zoveel herinneringen aan mijn jeugd komen op door de vele namen van straten en plantages in Suriname.» – Shirley Khoeblal, geboren in Suriname. Ineke Mok (1959) specialiseerde zich tijdens haar studie Nederlands in de relatie tussen macht en taal, waarna ze promoveerde op een onderzoek naar racisme en ‘ras’ in Nederlandse schoolboeken van 1876-1992. Bij de Anne Frank Stichting richtte zij zich op intercultureel onderwijs en Holocaust-educatie. Sinds 2008 werkt ze onder de naam Cultuursporen (www.cultuursporen.nl) als zelfstandig onderzoeker en ontwikkelt ze onderwijsprojecten. Op basis van eigen onderzoek schreef ze het educatieve stripboek Quaco, mijn leven in slavernij, waarvan in Nederland de derde druk is verschenen en dat ook in het Engels en Frans is vertaald. Op haar blog schrijft zij onder meer over de tot slaaf gemaakte Johanna en haar relatie met John Gabriel Stedman, de achttiende-eeuwse kroniekschrijver van de Surinaamse samenleving. Dineke Stam (1958) is historica, afgestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam. Zij werkte als tentoonstellingsmaker in het Anne Frank Huis. Van 2001 tot 2005 was ze projectleider Interculturele Programma’s Erfgoedbreed bij de Nederlandse Museumvereniging. Sinds 2005 realiseerde ze als zelfstandige met haar bedrijf IMHP (Intercultural Museum and Heritage Projects, www.imhp.eu) tal van projecten rond gender & vrouwengeschiedenis, de Tweede Wereldoorlog & de sjoa en slavernij & koloniale geschiedenis. Daarnaast is zij vanuit het project Mapping Slavery co-auteur van de tweetalige gidsen over het slavernijverleden van Amsterdam (2014), New York (2017) en Nederland (2019). Het onderzoek en deze publicatie zijn mede mogelijk gemaakt dankzij de financiële steun van de J.C. Ruigrok Stichting, het Jurriaanse Fonds, het Prins Bernard Cultuurfonds, het Mondriaanfonds, de Gemeente Haarlem, de Stichting Katholieke Openbare Bibliotheek, het NOT-fonds en dankzij een aanmoedigingsbijdrage van de Gemeente Heemstede.
De islamitische wereld kende invloedrijke denkers en wetenschappers in haar vroege geschiedenis, in een tijd dat Europa gedomineerd werd door religieuze orthodoxie en militaire heerschappij. Van de 9de tot de 12de eeuw waren moslimlanden filosofisch en sociaaleconomisch overduidelijk meer ontwikkeld dan het Westen.Vandaag lijden landen met een moslimmeerderheid bovengemiddeld onder autoritaire regimes, en zijn ze sociaaleconomisch gemiddeld minder ontwikkeld dan de rest van de wereld. Ahmet T. Kuru wijst op de geschiedenis en bekritiseert verklaringen die de islam als oorzaak aanwijzen. Ook het westerse kolonialisme is geen sluitende verklaring, al heeft dat zeker niet geholpen.Waar liep het dan wel mis? Kuru wijst op een alliantie tussen orthodoxe islamitische geleerden (de oelema) en militaire staatshoofden vanaf de 11de eeuw. Gaandeweg beknotte deze alliantie meer en meer de creativiteit en economische activiteiten van intellectuelen en de burgerlijke klasse in de moslimwereld.Kuru toont aan dat de alliantie tussen oelema en de staat nog steeds de creativiteit inperkt en een gezonde economie in moslimlanden belemmert of zelfs verhindert.
Met de machtsovername door het Afrikaans Nationaal Congres in 1994 verdween Zuid-Afrika uit de publieke belangstelling. Maar het compromis dat tot het “Nieuwe Zuid-Afrika” heeft geleid droeg in zich al de kiemen van de latere problemen. De achteruitgang van het Afrikaans, de gevolgen van de rechtstellende actie, het geweld, de grote corruptie, het bracht er sommige waarnemers toe te spreken van een gangster- of maffiastaat. Aan de vooravond van cruciale verkiezingen in 2024 die weleens over het lot van het land in de komende decennia zouden kunnen beslissen, vult dit boek de lacune in de berichtgeving op die na 1994 ontstond.
Nizaar Makdoembaks
Lachmon en Hindostaanse godfathers in Suriname
De geschiedenis van de kantraki’s – Indiase contractarbeiders en hun nazaten – in Suriname kenmerkt zich door een niet aflatende overlevingsstrijd. Binnengehaald voor werk dat voorheen slaafgemaakten verrichtten, vormden zij de geminachte onderkant van de maatschappij. Naarmate hun aantal toenam, groeide hun etnisch bewustzijn en besef van de eigen cultuur en gingen zij zich verenigen. Beetje bij beetje ontworstelden zij zich aan het juk van afhankelijkheid. Zo konden enkele kantraki’s uitgroeien tot grote Surinamers die aan het roer stonden van grote Hindostaanse organisaties in het hedendaagse Suriname. Verrassend is dat één van de bepalende factoren daarbij de handel in ganja en opium was, waarmee kantraki’s behendig van het schemergebied tussen legale en illegale handel profiteerden. Makdoembaks reconstrueert aan de hand van nieuw, veelal anekdotisch materiaal de levens van enkele kantraki’s en hun familie. Speciale aandacht krijgt advocaat Jagernath Lachmon, een politicus die groot werd op de schouders van de godfathers die hem voorgingen. Een man die soms laveerde tussen publieke functie en criminele contacten. Bovendien schetst de auteur de ontwikkeling van kantraki tot volwaardig burger van Suriname in een even ontroerend als waardig verslag van de levensloop van zijn eigen vader: van kippendief tot hoge penitentiair ambtenaar.
In 1972 trekt Deryck Ferrier met zijn ploeg boomkenners en een inheemse verkenner het Surinaamse oerwoud in om het land in kaart te brengen voor commerciële exploitatie. Het wordt een reis die hen voor altijd met elkaar zal verbinden. Ferrier voert ons het Surinaamse oerwoud in en ook weer uit: langs de veelbewogen jaren voor en na de onafhankelijkheid van 1975, de Nederlands-Surinaamse verhoudingen en de Sergeantencoup met zijn verstrekkende gevolgen. Onderweg zien we hoe de geschiedenis ingrijpt in de levens van de leden van de ‘bosploeg’ en uiteindelijk, vijftien jaar later, keren we terug naar de jungle… Op zoek naar het raadsel van weleer, naar de verdwenen verkenner en naar de indianenopstand die het jonge Suriname bijna verscheurde.
Nizaar Makdoembaks
Medisch massa-experiment op analfabete yawspatiënten
Artsen introduceerden aan het begin van de twintigste eeuw een nieuwe behandeling van syfilis: met salvarsan. Een succes met schaduwkanten: artsen rapporteerden vrij snel ernstige bijwerkingen van arsenicumvergiftiging, weefselversterf, zenuw- en nierschade plus epilepsie en sterfte. Waar westerse wetenschappers vervolgens aan de slag gingen met de ontwikkeling van een veiliger versie van dit middel dat in 1912 op de markt kwam (neosalvarsan), gingen artsen in Suriname enthousiast aan de slag met de schadelijke eerste versie. In Suriname kwam yaws veel voor. Yaws of framboesia tropica is een endemische huidziekte die in Suriname tussen 1880 en 1920 vooral voorkwam onder de uit Brits-Indië en Java voor plantagearbeid aangevoerde contractarbeiders. Ernstig is yaws niet: de symptomen verdwijnen vanzelf binnen enkele weken, ook zonder behandeling. De koloniale bewindvoerders dachten daar anders over: ieder gemiste werkdag van een contractarbeider kostte geld. Hun inzet was cruciaal voor de plantages in Suriname. Men gaf opdracht tot enkele medische experimenten. In januari en maart 1911 kregen twintig patiënten met yaws in het Militair Hospitaal experimentele inspuitingen met salvarsan toegediend. Hierna spoten artsen in mei 1911 honderden analfabete Hindostaanse en Javaanse contractarbeiders met yaws in met dit achterhaalde medicijn. Met onnodige, ernstige en soms dodelijke gevolgen. Let wel: dit alles zonder betrouwbare informatie en inspraak, wat in flagrante tegenspraak is met destijds al gangbare medisch-ethische artsennormen. Nazorg voor die Surinaamse patiënten ontbrak ook geheel: niemand tekende derhalve informatie op over het effect en eventuele bijwerkingen op de lange termijn. Deze ronduit schandalige gang van zaken is een zoveelste bewijs van de pure minachting die men in de koloniën koesterde jegens contractarbeiders. Nizaar Makdoembaks onthult in alle details deze pijnlijke en mensonwaardige episode. Als een blijvende, zwerende voetnoot van de geschiedenis. Nizaar Makdoembaks is een voormalige huisarts. Hij publiceerde eerder meer dan vijftien studies over de geschiedenis van de voormalige Nederlandse koloniën.
Ibn Khaldûn (1332-1406) wordt beschouwd als een van de invloedrijkste intellectuelen die de Arabische wereld heeft voortgebracht. Toch is de auteur van de Muquaddima, de belangrijkste historische studie ooit gemaakt in de islamitische wereld, in ons taalgebied lang niet zo bekend als hij zou moeten zijn. Dit boek licht de sluier op over diens leven, ideeën, geschriften en betekenis en rekent daarbij af met de modieuze benadering van Ibn Khaldûn als ‘moderne’ denker. Hij zou ‘voorloper’ en ‘inspiratiebron’ zijn van de meest uiteenlopende figuren, van Vico tot Marx, van Hegel tot Nietzsche en Weber. Mark Blaisse plaatst hem daarentegen in zijn middeleeuwse context, een chaotische wereld, getroffen door de Zwarte Dood, ten prooi aan intern verval. Hij neemt de lezer mee naar Noord-Afrika, Andalusië en Syrië. Daar ontpopte Ibn Khaldûn zich als een gewiekste politieke speler, leermeester en schrijver. Zijn aandacht ging uit naar filosofie, economie, recht, literatuur en het leven van stammen. Samenlevingen worden volgens hem weerbaarder naarmate het groepsgevoel, de onderlinge solidariteit (‘asabyyah) groter is, en een prooi voor vijanden zodra corruptie en narcistisch leiderschap de overhand hebben. Een inzicht dat tot op de dag van vandaag overeind blijft. Als gelovige soefi was hij geobsedeerd door het occulte maar stond tegelijk nuchter tussen de ruïnes van de eens zo machtige Arabische cultuur. Zijn in dit boek samengevatte gesprekken met de bloeddorstige tiran Timoer onder aan de muren van Damascus zijn legendarisch. Mark Blaisse is historicus, journalist en schrijver. Van hem verschenen onder meer 'Het orakel van Napels. De alternatieve waarheid van Giambattista Vico (1668-1744)'; 'De Saoedi’s. De ongewisse toekomst van een machtige oliestaat' en 'De Adviseur. Drie jaar fluisteren tegen een dictator.' www.markblaisse.com
In het Suriname van de jaren zestig is Parmeswar Gowricharn een gerespecteerde goudsmid met een tevreden klantenkring. Maar de verhuizing naar een andere wijk, die een stap hogerop had moeten betekenen, zorgt juist voor meer problemen. Afgesneden van zijn klantenkring wordt het voor de goudsmid steeds moeilijker om aan werk te komen. Hij marginaliseert en raakt verslaafd aan alcohol. Hoe reageert de Hindostaanse gemeenschap, waarin maatschappelijk aanzien en succes zwaar wegen, op deze sociale daling? Hoe reageren de gezinsleden? Ruben Gowricharn, zoon van de goudsmid, analyseert de marginalisering van zijn ouderlijk gezin en legt een aangrijpende geschiedenis bloot van werkdrift, kwetsbaarheid, incasseringsvermogen en veerkracht. ‘Met het sociologische scalpel ontleedt Ruben Gowricharn nauwgezet zijn vaders Werdegang en ondergang binnen een kleine, naar binnen gerichte cultuur van roddel, eer en trots.’ – Herman Vuijsje ‘Je kunt nog zoveel wetenschappelijke studies lezen over emancipatie in een voormalige kolonie, ze verbleken bij deze persoonlijke familiegeschiedenis met al zijn pech, verdriet, tegenslag en uiteindelijk vertrek naar het vroegere moederland.’ – John Jansen van Galen
Met bewondering kijken we naar de landen in Azië die hun kracht herwonnen hebben na tijden van stagnatie en verval. In het verre verleden bestonden in Azië machtige rijken met filosofieën over de religie en de samenleving. Vanaf het einde van de 15e eeuw werden zij met de expansiedrift van het Westen geconfronteerd. Sommige wisten hun onafhankelijkheid ternauwernood te handhaven en andere werden een kolonie van een westers land. Toen was het Westen dominant, maar nu vormt het Oosten een uitdaging van formaat. Auteur Floris van de Vooren beschrijft in grote lijnen de karakteristieken van de Westerse, Chinese, Japanse, hindoeïstische en boeddhistische beschaving aan de hand van de religie, het mensbeeld en de samenleving (met inbegrip van de volkswelvaart). Daarbij komen ook de historische ontwikkelingen aan de orde. De auteur stelt de volgende vragen: Wat hielden de religie, het mensbeeld en de samenleving van deze beschavingen in vóór de confrontatie tussen het Oosten en het Westen? Hoe verliep deze confrontatie? Welke invloed heeft deze confrontatie op de religie, het mensbeeld en de samenleving in het Oosten en het Westen gehad? Wat is de kracht van deze beschavingen? Welke patronen zijn in de religie, het mensbeeld en de samenleving te onderkennen? Op systematische wijze worden deze vragen beantwoord. Waar mogelijk, worden uitkomsten gekwantificeerd. Dr. Floris van de Vooren is econoom en econometrist. Van zijn hand verscheen eerder "Opkomst en ondergang van beschavingen. Waar staat het Westen? Geschiedfilosofie met een kwantitatieve analyse" (Eburon, 2019).
Boeken over de Niet-westerse geschiedenis