
Geografie
Populair in Geografie
Als je wilt weten hoe oud een boom is, moet je zijn ringen tellen. Maar die jaarringen kunnen je veel meer vertellen dan dat. Dendrochronologie, de wetenschappelijke studie van jaarringen, levert een niet te onderschatten bijdrage aan ons begrip van de klimaatgeschiedenis van de aarde, de invloed ervan op de menselijke beschavingen in de afgelopen tweeduizend jaar en de complexe interactie tussen mens en natuur. In dit meeslepende boek neemt topwetenschapper Valerie Trouet je mee op een reis rond de aarde, van haar lab in Arizona tot afgelegen dorpen in Afrika en radioactieve bossen in Rusland. Aan de hand van verrassende verhalen - zoals hoe zonnevlekken piraten beïnvloeden, het geheim achter het imperium van Dzjengis Khan, het verband tussen de Egyptische farao's en vulkanen, ja zelfs de rol van olijven in de val van het Romeinse Rijk - laat ze zien hoe de studie van bomen ons ontzettend veel kan leren over de mens, zijn geschiedenis en zijn toekomst. 'Ik ben een dendroklimatoloog. Aan de hand van jaarringen bestudeer ik het klimaat uit het verleden en de invloed ervan op ecosystemen en samenlevingen. In dit boek wil ik ook de verhalen van mijn collega-dendrochronologen meenemen en tonen hoe de dendrochronologie zich vanuit haar nederige begin heeft ontwikkeld tot een van de belangrijkste instrumenten om de complexe interacties tussen bossen, mensen en het klimaat te bestuderen. De rode draad in dit boek is de geschiedenis van houtgebruik en ontbossing, die dendrochronologen in staat heeft gesteld het verleden te bestuderen en een bijdrage te leveren aan de leefbaarheid van onze planeet in de toekomst. De reis verloopt via allerlei omwegen en zit vol verrassingen. Ik spreek over houtcellen die kleiner zijn dan de diameter van een mensenhaar en over straalstromen die op dezelfde hoogte als vliegtuigen over het hele noordelijk halfrond razen. Ik verbind die twee met elkaar door middel van verhalen over piraten, marsmannetjes, samoeraikrijgers en Dzjengis Khan. Kortom: ik vertel jaarringverhalen die mij fascineren. Waarom? Omdat ik denk dat er behoefte aan is in het huidige klimaat van wantrouwen en onverschilligheid jegens wetenschappelijke ontwikkelingen. Ik hoop dat u in het beste geval een kleine tinteling van opwinding voelt wanneer u iets nieuws opsteekt uit dit boek. Het is dezelfde tinteling die ons wetenschappers prikkelt om door te gaan met ons werk.' Winnaar Jan Wolkers Prijs 2020 voor het beste Nederlandstalige natuurboek
In 'Darwin in de stad' laat bioloog en hoogleraar Menno Schilthuizen zien hoe verstedelijking de evolutie van de natuur en dieren stuurt. In de toekomst leeft immers driekwart van de mensheid in de stad en gaat verstedelijkte omgeving steeds meer ruimte innemen. Een groot deel van de rest van het aardoppervlak is nodig voor landbouw, dus waar gaat de natuur dan naartoe? Naar de stad, toont Schilthuizen aan in dit wonderlijke en verrassende boek. En wanneer de natuur naar de stad gaat, neemt de evolutie een aparte wending. Stadsdieren worden brutaler en vindingrijker, stadsduiven ontwikkelen een detox-verenkleed en onkruid op straat krijgt een heel eigen type zaden. Dankzij evolutionaire aanpassing die zich voltrekt met snelheden waar Darwin niet van had durven dromen, raken mens en stadsnatuur steeds beter op elkaar ingespeeld en wordt een nieuw hoofdstuk in de evolutie van het leven op aarde ingeluid. Een hoofdstuk waarin, helaas, veel biodiversiteit verdwijnt, maar ook splinternieuwe dier- en plantensoorten het licht zullen zien.
Capital in the 21st Century van Thomas Piketty is ontegenzeggelijk een belangrijk boek, dat zeker niet alleen voor politici en economen is bedoeld: thema's als kapitaalverdeling en vermogensongelijkheid gaan iedereen aan. De kloof tussen arm en rijk wordt almaar groter. Maar 700 pagina's historisch-economische analyse vraagt veel van een lezer. Daarom hebben financieel journalisten Wouter van Bergen en Martin Visser het boek helder voor u samengevat. Ze voegen een apart hoofdstuk toe over de Nederlandse situatie, maar presenteren verder een ongekleurde en volledige weergave van wat Piketty in zijn magnum opus beweert. U leest dit boekje in hooguit twee uur uit. Daarna kunt u de discussies volgen en uw eigen oordeel vormen.
Dolfijnen noemen elkaar bij hun naam. Bijen hebben dansjes waarin ze symbolisch informatie doorgeven. Prairiehonden waarschuwen elkaar voor mensen en beschrijven daarbij hun formaat en snelheid, de kleur van hun kleding, objecten die ze bij zich hebben en haarkleur. Deze dieren zijn geen uitzondering. Overal in het dierenrijk worden talen gesproken. Penseelaapjes kennen bijvoorbeeld taalonderwijs: ze leren hun kinderen elkaar te laten uitpraten. In Dierentalen bespreekt Eva Meijer recent wetenschappelijk onderzoek naar dierentalen. Steeds weer blijkt dat dieren veel complexer met elkaar communiceren dan we dachten. Dit onderzoek roept filosofische vragen op. Is de taal van mensen speciaal of zijn alle talen op hun eigen manier speciaal? Wat is taal eigenlijk? Moeten we dieren anders benaderen nu ze talig blijken te zijn? Als je Dierentalen gelezen hebt, kun je misschien nog niet met alle dieren praten, maar je zult anders naar dieren kijken, ook naar de huisdieren die je dacht zo goed tekennen.
Over een kunstmatig dorp in Groningen, en de grenzen van de maakbaarheid
In Noord-Korea bepaalt de staat waar je woont, wat voor werk je doet, welke sport je beoefent, wat je eet en of je eet. Het land van Kim Jong-Un is voor buitenstaanders zo mysterieus dat er vaak lachend over wordt gedaan. Maar hoe is het om hier te leven en te overleven? In 'Noord-Korea ontmaskerd' krijgt de lezer een blik achter de schermen van deze totalitaire staat. Aan de orde komen de levens van de grote leiders, de giftige mix van ideologieën, het misdadige controle- en gevangenissysteem, de voortdurende periodes van hongersnood, de levensgevaarlijke ontsnappingen uit Noord-Korea en de strijd tegen de vijand binnenin: christenen. In dit boek trekt Jan Vermeer het masker van Noord-Korea af; een must read voor iedereen die dit verborgen en moeilijk te doordringen land wil leren kennen en begrijpen.
Over homoseksuele necrofilie en ander opmerkelijk diergedragOp een mooie dag vloog een eend zich dood tegen de glazen gevel van een natuurhistorisch museum. Gealarmeerd door de harde klap keek conservator Kees Moeliker uit het raam: voor zijn ogen werd de versdode woerd langdurig 'verkracht' door een andere mannetjeseend. Voor de droog-wetenschappelijke publicatie over dit eerste geval van homoseksuele necrofilie bij de wilde eend ontving hij de Ig Nobelprijs, voor onderzoek ¿dat je eerst aan het lachen maakt en daarna aan het denken zet'. Met een zelfde gevoel voor humor en publiciteit haalde hij de wereldpers met zijn oproep om - voor het te laat is - met uitsterven bedreigde schaamluizen aan het museum te schenken.In dit boek vertelt ¿de eendenman' de verhalen achter de eend en de schaamluis, en put hij uit zijn rijke archief van ander onwaarschijnlijk onderzoek en nog meer opmerkelijke waarnemingen, waaronder die van een transseksuele fazant, kraaien die raamslachtoffers onthoofden en een merel die al vier jaar bijna niets anders doet dan tegen het raam vliegen. Een fascinerend boek, met vreemde vogels in de hoofdrol.
Menno Schilthuizen, Bart Voorzanger
Waarom zijn er zoveel soorten?
In Waarom zijn er zoveel soorten? verbaast bioloog Menno Schilthuizen zich over de enorme soortenrijkdom van al wat leeft, te beginnen bij zijn eigen achtertuin. Als hij de biodiversiteit in zijn tuin precies zou kennen, hoeveel zou die dan verschillen van die in de tuin van de buurvrouw? En als hij alle soorten zou tellen, springend over het ene tuinhek na het andere, hoe snel zou de soortenlijst dan groeien? Waarom is die diversiteit zo groot? En waar houdt het op? Schilthuizen neemt ons mee naar grotten, oerwouden en koraalriffen om die vragen te beantwoorden. Hij bezoekt laboratoria en proefvelden van bekende en minder bekende ecologen en laat de lezer kennismaken met klassieke en moderne theorieën. Waarom zijn er zoveel soorten? duikt in complexe ecosystemen en laat op toegankelijke wijze zien hoe alles met elkaar verbonden is en hoe kwetsbaar die verbindingen zijn.
Tegenwoordig leven we in supergeconcentreerde omgevingen, bewegen we ons met een onvoorstelbare snelheid over de wereld, bestrijden we pijn met een pilletje en schieten we raketten af die honderden kilometers verder volledige steden kunnen platleggen. Kortom, ons leven is in niets vergelijkbaar met dat van onze verre voorouders, de jager-verzamelaars. Alleen... we delen wel nog altijd dezelfde genen. Daarom vertonen we soms gedrag dat onaangepast lijkt te zijn aan onze moderne tijd. In dit boek gaat gedragsbioloog Mark Nelissen op zoek naar de ware aard van de mens. Hij keert hiervoor terug naar onze oorsprong en bekijkt hoe onze fabrieksinstellingen ons vandaag nog altijd deels sturen, en hoe het samenspel tussen aangeboren en culturele krachten (nature/nurture) in ons gedrag ons vormt tot de complexe mens die we vandaag zijn.
Beesten door de bril van een bevlogen bioloogDe eendenman op zijn best!Puttend uit de actualiteit, talloze tips, eigen scherpe natuurobservaties en zijn rijke archief vol onwaarschijnlijk onderzoek schrijft Kees Moeliker sinds april 2009 de column 'Beest' voor NRC Handelsblad. Al deze stukjes beest staan in De bilnaad van de teek. Gaandeweg wordt het de lezer duidelijk wat deze bevlogen bioloog boeit en bezighoudt: het kleinste detail, afwijkend gedrag, het dode dier, stadsnatuur, nieuwe ontdekkingen, volhardende vorsers en meer. In dit boek schrijft Moeliker kort en bondig, droogkomisch en vaak doorspekt met keiharde wetenschap over bijvoorbeeld het oog van een nijlpaard, patatmeeuwen, de ekster die paaseitjes at, een kikker die zich vergreep aan een goudvis, een Koninklijke schaamluis, de gier die werd aangezien voor een Mossad-agent en de onderzoekers die spitsmuizen met huid en haar doorslikten en vervolgens de botjes uit hun ontlasting zeefden. Met de ware verhalen achter de inmiddels legendarische dode dieren zoals de onthoofde kanarie van Kollumerzwaag, de McFlurry-egel, de traumameeuw en de Tweedekamermuis.Kees Moeliker is conservator van het Natuurhistorisch Museum Rotterdam, European Bureau Chief van Improbable Research en stand-up bioloog. Hij schrijft voor NRC Handelsblad en HP/De Tijd en is regelmatig te beluisteren als columnist van het radioprogramma Vroege Vogels.
Top 10 van Geografie
Dariusz Wojcik, James Cheshire, Oliver Uberti, Ger Meesters
Atlas van de financiële wereld
Dit schitterend geïllustreerde boek toont de geschiedenis van de financiële wereld. Aan de hand van spectaculaire kaarten, infographics, statistieken en foto’s ontdekken we hoe geld en geografie samenhangen. Geografische zaken als klimaat, vruchtbaarheid van het land, bereikbaarheid en politieke cultuur blijken grote invloed te hebben op de verdeling van rijkdom. Rijkdom bepaalt de innovatiekracht maar ook de mate van milieuvervuiling. De kaarten maken duidelijk dat kapitaal zich weinig aantrekt van landsgrenzen. Dat was al zo in de oudheid, waar het eerste geld werd uitgevonden, en het geldt zeker voor ons crypto- en flitskapitaal. Dit boek is samengesteld door een team van experts, waaronder Dariusz Wójcik, Panagiotis Iliopoulos, Stefanos Ioannou, Liam Keenan, Julien Migozzi, Timothy Monteath, Vladimir Pazitka, Morag Torrance en Michael Urban. De schitterende illustraties zijn van de hand van James Cheshire en Oliver Uberti. --- 'Een verrukkelijke atlas van de wereldfinanciën' - Financieel Dagblad
Heukels’ Flora van Nederland is het standaardwerk over de flora van Nederland. Het is een uniek boek in zijn soort. In één band is de wetenschappelijk betrouwbare en meest complete flora van Nederland opgenomen. In de geheel nieuwe editie is de spectaculaire uitbreiding van de Nederlandse flora met 2.500 soorten opgenomen (20% meer ten opzichte van 2005). Deze editie is in kleur, waardoor de soorten nog beter te determineren zijn. De aangebrachte tabs en slimme indeling maakt navigeren nog makkelijker. Invasieve en giftige planten zijn duidelijk aangegeven. Deze nieuwe editie is verzorgd door de Leidse plantkundige Leni Duistermaat, verbonden aan Naturalis Biodiversity Center. - Actueel en compleet boek over de flora van Nederland; - met een schat aan gedetailleerde illustraties; - wetenschappelijk onderbouwd en uitgebreid getest in veldexcursies. Doelgroep Studenten aan de lerarenopleiding biologie en (eerstejaars) biologiestudenten. De auteur Leni Duistermaat is onderzoeker bij Naturalis Biodiversity Center en erelid van Nationaal Herbarium Nederland in Leiden. Ze promoveerde aan Rijksherbarium aan Universiteit Leiden en werkte als wetenschapper bij Stichting FLORON en voor het tijdschrift Tropical Ecology van Cambridge University Press. Ook was ze senior onderzoeker bij SBG-Herbarium.
De wereld van de sociale geografie is rijk aan ideeën, maar ook onoverzichtelijk. 'De ontdekking van de geografie' is een gids voor die wereld. Het bevat een inspirerend overzicht van het ontstaan, de ontwikkeling en de huidige stand van zaken van de sociale geografie als wetenschap. 'Wetenschap' verwijst hier zowel naar kennis - zoals theorieën en werkwijzen - als naar de universitaire gemeenschap die de geografie beoefent. Ook het ruimere kader van wetenschap en samenleving komt aan de orde. Aansprekende voorbeelden wekken de tekst tot leven. In dit boek maakt de lezer een reis waarop eigen ontdekkingen niet zijn uitgesloten. Ben de Pater is auteur van talrijke sociaal-geografische publicaties voor zowel vakgenoten als een breder geïnteresseerd publiek. Jarenlang was hij hoofdredacteur van het tijdschrift Geografie. Bij studenten staat hij bekend om zijn enthousiasme waarmee hij doceert.
Paco Calvo, Natalie Lawrence, Rutger Cornets Groot
Planta Sapiens
Planta Sapiens neemt ons mee in een nieuw wetenschapsgebied: plantenneurobiologie. Planten beschikken over cellen die elektrische signalen versturen en ontvangen. Deze cellen fungeren feitelijk als neuronen en stellen planten in staat om complexe problemen op te lossen. Zijn planten dan ook bewust? Jazeker. Hebben ze herinneringen? Jazeker! Ze hebben een eigen vorm van intelligentie, die tot nu toe onderbelicht is gebleven. Planten kunnen vooruitplannen, leren, familieleden herkennen, risico’s inschatten en beslissingen nemen. Ze kunnen zelfs in slaap worden gebracht. Plantenonderzoeker en filosoof Paco Calvo vertelt in dit boek over zijn baanbrekende onderzoek naar plantbewustzijn. Hij vertelt over opmerkelijke proeven waarbij planten al even opmerkelijk gedrag vertonen. Paco Calvo is cognitiewetenschapper en filosoof. Hij is hoogleraar aan de Universiteit van Murcia in Spanje waar hij leidinggeeft aan het Minimal Intelligence Lab (MINT Lab), dat zich richt op de studie van cognitie bij planten. Uniek aan zijn onderzoek is dat hij inzichten uit de biologie, filosofie en cognitieve wetenschap combineert. Vertaald door Rutger H. Cornets de Groot. Met illustraties van Natalie Lawrence
Martin Crawford, Jelmer Bouma, Vanda Oosterhuis, Diete Woude
Praktisch Handboek Voedselbossen
‘De vertaling van dit complete en praktische standaardwerk komt als geroepen. Het aantal voedselbosbouwers in Nederland groeit in rap tempo! Dagelijks krijgen wij vragen als ‘We hebben een stuk land van 1 hectare en willen een voedselbos aanleggen, waar moeten we beginnen?’ Hoe fijn is het om een lekker handboek te kunnen aanbevelen waar mensen echt zelf mee aan de slag kunnen om een voedselbos te ontwerpen en aan te leggen!’ Stichting Voedselbosbouw Nederland, www.voedselbosbouw.org Voedselbostuinieren is een inspirerende manier om eetbare gewassen te verbouwen – waarbij de natuur de kans krijgt om het meeste werk te doen. De groeiwijze van jong, open, natuurlijk bos wordt nagebootst, met een grote diversiteit aan meerjarige gewassen in groeilagen van verschillende hoogte. Een weldoordacht ontwerp leidt ertoe dat er weinig aanleiding is tot bodemomkering, onkruid wieden of plaagbeheersing. Door een zorgvuldig afgestemde soortenkeus wordt een gezond en veerkrachtig systeem gevormd waarin het bodemleven zich herstelt en de bodemvruchtbaarheid op natuurlijke wijze in stand wordt gehouden. Voedend en weldadig als natuurlijke leefruimte voor mensen, vogels, insecten en andere dieren en een genot voor alle zintuigen. In Praktisch Handboek Voedselbossen lees je alles wat je moet weten, voor de herbestemming van je achtertuin of de inrichting van een groter perceel. Met adviezen over planning, ontwerp (toegepaste permacultuur principes), aanplant en onderhoud. Ook worden ruim 450 geschikte gewassen besproken voor de diverse groeilagen - vrijwel allemaal eetbaar en een vitale verrijking van het menu met tal van onbekende smaken.
Als je wilt weten hoe oud een boom is, moet je zijn ringen tellen. Maar die jaarringen kunnen je veel meer vertellen dan dat. Dendrochronologie, de wetenschappelijke studie van jaarringen, levert een niet te onderschatten bijdrage aan ons begrip van de klimaatgeschiedenis van de aarde, de invloed ervan op de menselijke beschavingen in de afgelopen tweeduizend jaar en de complexe interactie tussen mens en natuur. In dit meeslepende boek neemt topwetenschapper Valerie Trouet je mee op een reis rond de aarde, van haar lab in Arizona tot afgelegen dorpen in Afrika en radioactieve bossen in Rusland. Aan de hand van verrassende verhalen - zoals hoe zonnevlekken piraten beïnvloeden, het geheim achter het imperium van Dzjengis Khan, het verband tussen de Egyptische farao's en vulkanen, ja zelfs de rol van olijven in de val van het Romeinse Rijk - laat ze zien hoe de studie van bomen ons ontzettend veel kan leren over de mens, zijn geschiedenis en zijn toekomst. 'Ik ben een dendroklimatoloog. Aan de hand van jaarringen bestudeer ik het klimaat uit het verleden en de invloed ervan op ecosystemen en samenlevingen. In dit boek wil ik ook de verhalen van mijn collega-dendrochronologen meenemen en tonen hoe de dendrochronologie zich vanuit haar nederige begin heeft ontwikkeld tot een van de belangrijkste instrumenten om de complexe interacties tussen bossen, mensen en het klimaat te bestuderen. De rode draad in dit boek is de geschiedenis van houtgebruik en ontbossing, die dendrochronologen in staat heeft gesteld het verleden te bestuderen en een bijdrage te leveren aan de leefbaarheid van onze planeet in de toekomst. De reis verloopt via allerlei omwegen en zit vol verrassingen. Ik spreek over houtcellen die kleiner zijn dan de diameter van een mensenhaar en over straalstromen die op dezelfde hoogte als vliegtuigen over het hele noordelijk halfrond razen. Ik verbind die twee met elkaar door middel van verhalen over piraten, marsmannetjes, samoeraikrijgers en Dzjengis Khan. Kortom: ik vertel jaarringverhalen die mij fascineren. Waarom? Omdat ik denk dat er behoefte aan is in het huidige klimaat van wantrouwen en onverschilligheid jegens wetenschappelijke ontwikkelingen. Ik hoop dat u in het beste geval een kleine tinteling van opwinding voelt wanneer u iets nieuws opsteekt uit dit boek. Het is dezelfde tinteling die ons wetenschappers prikkelt om door te gaan met ons werk.' Winnaar Jan Wolkers Prijs 2020 voor het beste Nederlandstalige natuurboek
Steden en economie zijn nauw met elkaar verbonden. Gert-Jan Hospers geeft op enthousiaste wijze een overzicht van de belangrijkste thema’s uit de stedelijke economie. Daarbij maakt hij met de lezer uitstapjes naar de praktijk aan de hand van aansprekende voorbeelden uit Europese steden. Om grip te krijgen op de veelzijdigheid van het vakgebied is een selectie gemaakt van populaire thema’s uit de hedendaagse literatuur en beleidspraktijk: basisprincipes in de stedelijke economie, de lokale arbeidsmarkt, de ondernemende stad, de innovatieve stad, transformatievraagstukken, de stad als woonplaats, de binnenstad, de rol van toerisme, de slimme stad en de stad in relatie tot de regio. Ook postgroei-benaderingen komen aan bod. Dit boek is niet alleen geschreven voor studenten geografie, planologie, economie en bestuurskunde. Professionals in de stedelijke economie, zoals wethouders, beleidsmedewerkers, ondernemers en adviseurs, heeft dit boek ook veel te bieden. Naast de theorie is er namelijk volop aandacht voor de praktijk en het beleid
Jan Ouden, Bart Muys, Frits Mohren, Kris Verheyen
Bosecologie en bosbeheer
Bossen vervullen een belangrijke functie in het Nederlandse en Vlaamse landschap. Lag vroeger de nadruk vooral op de productie van hout als hernieuwbare grondstof, tegenwoordig is het belang van bossen voor natuurbehoud, recreatie en milieubescherming sterk toegenomen. Dit vraagt om een hoog kennisniveau van de beheerder. Bovendien vereisen veranderingen in de maatschappelijke en natuurlijke omgeving, zoals klimaatverandering, inzicht in de processen die in het bosecosysteem plaatsvinden. Deze inzichten zijn nodig om met kennis van zaken beheerstrategieën te ontwerpen die een duurzame functievervulling van het bos in de toekomst garanderen.In dit boek worden kennis en ervaringen over het beheer van bos en zijn ecologische grondslagen samengebracht. De teksten zijn geschreven door een brede groep van vakspecialisten uit Nederland en Vlaanderen met een goed inzicht in zowel de wetenschappelijke achtergronden alsook de praktische aspecten van bosbeheer. De basis van het boek wordt gevormd door inzicht in de opbouw en het functioneren van bomen en bossen. Vervolgens worden de belangrijkste beheermaatregelen besproken in het licht van brede maatschappelijke functievervulling en duurzaam gebruik van het bos op de lange termijn.Dit boek richt zich vooral op studenten in het hoger onderwijs binnen de vakgebieden bos- en natuurbeheer, biologie en ecologie. Daarnaast is het boek bedoeld voor terreinbeheerders en andere geïnteresseerden die zich willen verdiepen in de werking van het bosecosysteem en in de achtergronden en grondslagen van het beheer van bossen in Nederland en Vlaanderen.Over de auteurs:JAN DEN OUDEN is universitair docent Bosecologie en Bosbeheer aan Wageningen Universiteit.BART MUYS is hoogleraar Bosecologie en Bosbeheer aan de Katholieke Universiteit Leuven.FRITS MOHREN is hoogleraar Bosecologie en Bosbeheer aan Wageningen Universiteit.KRIS VERHEYEN is hoofddocent Bosecologie en Bosbeheer aan de Universiteit Gent
Het Arabisch kent ongeveer driehonderd miljoen sprekers en de belangstelling voor deze taal neemt toe. Met Arabisch voor beginners wordt kennis gemaakt met het Arabisch en worden de beginselen zich stap voor stap eigen gemaakt. Arabisch voor beginners - deel 1 bevat tien lessen. In de eerste drie lessen worden de achtergrond van de Arabische taal, de klankleer en het alfabet behandeld. De volgende lessen zijn opgebouwd rond teksten en dialogen. Na iedere tekst volgt een grammaticale uitleg. Aan het einde van elke les is een gevarieerd oefengedeelte te vinden. Om de beginnende cursist op weg te helpen zijn veel van de teksten gevocaliseerd en zijn losse woorden en voorbeeldzinnen getranscribeerd. Op de website staat extra audio-materiaal, waarop de uitspraak van het alfabet en teksten en dialogen uit het boek zijn te horen. In deze achtste druk zijn de (Arabische) teksten en zinnen gecorrigeerd gevocaliseerd. Al het audio-materiaal is verplaatst naar de bijbehorende website. Samen met de Basiswoordenlijst Arabisch vormen Arabisch voor beginners - deel 1 en deel 2 een samenhangende en eigentijdse cursus Arabisch, geschikt voor gebruik in lesverband, maar ook voor zelfstudie. Bij dit boek hoort een website met audio-materiaal. Wijlen Ed de Moor was verbonden aan de vakgroep Talen en Culturen van het Midden-Oosten van de Katholieke Universiteit Nijmegen. Van zijn hand verscheen ook de Basiswoordenlijst Arabisch. Drs. Ankie van Pel studeerde Arabische Taal- en Letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Zij is vertaler en als docent verbonden aan de Universiteit Leiden en de Volksuniversiteit Amsterdam. Van haar verscheen ook Basiscursus Marokkaans-Arabisch.
In 'Darwin in de stad' laat bioloog en hoogleraar Menno Schilthuizen zien hoe verstedelijking de evolutie van de natuur en dieren stuurt. In de toekomst leeft immers driekwart van de mensheid in de stad en gaat verstedelijkte omgeving steeds meer ruimte innemen. Een groot deel van de rest van het aardoppervlak is nodig voor landbouw, dus waar gaat de natuur dan naartoe? Naar de stad, toont Schilthuizen aan in dit wonderlijke en verrassende boek. En wanneer de natuur naar de stad gaat, neemt de evolutie een aparte wending. Stadsdieren worden brutaler en vindingrijker, stadsduiven ontwikkelen een detox-verenkleed en onkruid op straat krijgt een heel eigen type zaden. Dankzij evolutionaire aanpassing die zich voltrekt met snelheden waar Darwin niet van had durven dromen, raken mens en stadsnatuur steeds beter op elkaar ingespeeld en wordt een nieuw hoofdstuk in de evolutie van het leven op aarde ingeluid. Een hoofdstuk waarin, helaas, veel biodiversiteit verdwijnt, maar ook splinternieuwe dier- en plantensoorten het licht zullen zien.
Nieuw in Geografie
Meta-Leegte is een diep filosofisch en spiritueel werk dat de lezer uitdaagt om de concepten van leegte en betekenis op een hoger niveau te begrijpen. Het boek verkent leegte niet als een simpel leeg of afwezig concept, maar als een ruimte vol potentieel, waarin de beperkingen van het ego en de menselijke geest worden overstegen. De auteur combineert inzichten uit verschillende disciplines, waaronder boeddhistische filosofie, kwantumfysica en psychologie, en toont hoe leegte vaak gezien wordt als een negatieve of angstaanjagende ervaring, terwijl het in werkelijkheid een krachtige mogelijkheid is voor persoonlijke en spirituele transformatie. Leegte wordt gepresenteerd als een fundamenteel aspect van het bestaan, dat niet moet worden vermeden of gevuld, maar geaccepteerd als een manier om diepere lagen van zelfbewustzijn en vrijheid te bereiken. Het boek bevat zowel theoretische reflecties als praktische oefeningen die helpen om deze ideeën in het dagelijks leven toe te passen. Het nodigt de lezer uit om voorbij de traditionele ideeën van betekenis en identiteit te kijken en leegte te zien als een bron van innerlijke vrede en creatieve vrijheid.
Dit boek heeft tien hoofdstukken waaronder één over harmonieleer en een hoofdstuk waarin de muziekgeschiedenis beknopt wordt behandeld. Het is voor beginnende en gevorderde muziekbeoefenaars, en is geschikt voor zelfstudie. De kennis in dit boek komt van pas bij het lezen, instuderen, arrangeren, componeren en improviseren van muziek. Vanaf de jaren zestig speelt de auteur klassieke en populaire pianomuziek. Hij gebruikt meer dan 30 jaar diverse digitale mogelijkheden op muziekgebied. Ervaring in kennisoverdracht deed hij op in het voortgezet onderwijs waar hij 40 jaar werkzaam was. Interesse in de theoretische kant van de muziek had hij al vroeg. Een kritische studie van de muziekkunde heeft tenslotte tot dit boek geleid.
De huidige seizoenen van Bordeaux geven een goed beeld van de zomers en winters die wij in Nederland in de toekomst kunnen verwachten. Klimaatverandering is in veel opzichten een klimaatverschuiving, die het leven van alle Europeanen raakt. Van Zuid naar Noord brengt deze verschuiving in beeld én beschrijft de gevolgen voor ons dagelijks leven. De auteur neemt de lezers mee op reis door Europa en verkent de klimatologische stand van zaken in de tweede helft van deze eeuw. Een verkenning met een solide wetenschappelijke basis, maar ook een verhaal dat we allemaal kunnen volgen. Met winnaars en verliezers, en als een wake-up call voor ons allemaal. Wilfried ten Brinke is fysisch geograaf en schrijft en adviseert al 38 jaar over water. Hij begon als onderzoeker aan de kust, werkte in dienst van de overheid aan onze grote rivieren en is nu zelfstandig adviseur op het gebied van water en klimaatverandering.
De Araneilanden (Engels: Aran Islands, Iers: Oileáin Árann) zijn drie eilanden in de monding van de Baai van Galway in county Galway in Ierland. De inwoners op de drie eilanden leven van oudsher van de visserij, maar ook zomertoerisme is heden ten dage een belangrijke bron van inkomsten. De Aran-eilanden zijn een officiële Gaeltacht, die het Iers de volledige officiële status geeft als medium voor alle officiële diensten, inclusief onderwijs. Een ongewoon hoog percentage Ierstalige monolingualisme werd aangetroffen onder oudere autochtonen tot het einde van de 20e eeuw, grotendeels vanwege de isolerende aard van de traditionele ambachten die werden beoefend en de natuurlijke isolatie van de eilanden in het algemeen van het vasteland van Ierland in de loop van de geschiedenis van de eilanden. Jonge eilandbewoners kunnen hun eindexamen op 18-jarige leeftijd op de eilanden afleggen en daarna vertrekken de meesten voor een vervolgopleiding. Velen geven de achteruitgang van het Iers spreken onder jonge leden van de eilandgemeenschap de schuld van de Engelstalige televisie, bovendien vertrekken veel jongere eilandbewoners naar het vasteland wanneer ze 18 zijn.
Dick Kuiken
Het Mysterie van het Leven en het Bewustzijn
Het boek onderzoekt de complexiteit van leven en bewustzijn. Traditionele opvattingen van lichaam en geest blijken slechts een schaduw van een diepere waarheid te zijn. Ons begrip van de werkelijkheid is vaak een illusie, net als de zon die rond de aarde draait. Wetenschappelijke ontwikkelingen tonen een nieuw perspectief dat de conventionele begrippen van lichaam en geest weerlegt. Het boek introduceert lichamen als een georganiseerde samenleving van cellen, die leven en sterven zoals in onze maatschappij. Het lichaam begint als een eicel; het waarom en hoe van het ontstaan wordt hier verklaard. Alles is geheugen, daarom wordt hier een eenvoudig geheugenmodel met een groot verklarend vermogen geïntroduceerd. Onze waarneming van de wereld is een interpretatie van ons brein. Het bewustzijn heeft nog geen absolute verklaring, en het dromen, zien zonder licht, bewijst een ander werkelijkheid. Dit boek biedt baanbrekende hypothesen en theorieën over leven, bewustzijn, taal en dromen.
‘God schiep de aarde, behalve Nederland, want dat deden de Nederlanders zelf’, zo luidt een oud gezegde. Wij Nederlanders hebben, zeker in de laatste duizend jaar, het natuurlandschap ontgonnen, ontwaterd, ontveend, bedijkt en ingepolderd. Beken, rivieren en getijdenstromen werden getemd en zelfs water werd omgezet in vruchtbaar land. Het leverde een ongekende verscheidenheid aan landschappen op. Sommige zijn uniek en worden typisch Hollands genoemd. Deel 1 vertelt dit verhaal tot 1850. Water, wind, ijs en plantengroei legden het geologische fundament voor een grotendeels moerassig land. De eerste lagelanders begonnen al met ontwateren. Vanaf 800 werd op steeds grotere schaal land omdijkt, in cultuur gebracht of afgegraven voor turf. De bodem daalde, en dat vroeg om steeds hogere dijken en om molens. Toch ging het nog regelmatig mis, door forse overstromingen van zee en grote rivieren. De drooglegging van gevaarlijke meren verhoogde de waterveiligheid, en gegraven kanalen bevorderden de handel. Deel 2 vertelt hoe de industriële revolutie en de snelle bevolkingsgroei het eerder ontgonnen landschap verder veranderden. Ook klimaatoplossingen zullen hun weerslag krijgen op het landschap.
Een koppel ganzen aan de oevers van het Markermeer. Een grensrivier die weer vrijuit haar bochten kan maken. Een woud dat zich elk jaar verder uitstrekt door de Hooglanden. Wolven die de loop van rivieren veranderen. En mensen die grenzen verleggen en de wildernis weer de hand reiken. Dat is rewilding, waarin mens en natuur samenwerken aan een hoopvolle toekomst. Verwilderen vertelt het bijzondere verhaal van rewilding, een baanbrekende kijk op het herstel van natuur en biodiversiteit in een wereld in crisis. Filosofe Linde De Vroey gaat op zoek naar een visie voor rewilding in de Lage Landen, en neemt de lezer mee naar plekken in binnen- en buitenland waar mens en wildernis innig verstrengeld raakten. Gaandeweg wordt duidelijk dat verwilderen niet alleen een verhaal is over de natuur buiten onszelf, maar ook de mogelijkheid schept om ons eigen leven te verrijken. Een pleidooi voor rewilding, een zoektocht naar natuur binnen en buiten de mens, en een oproep tot culturele transformatie: Verwilderen biedt hedendaagse inspiratie om de grens tussen natuur en cultuur te verleggen en de wildernis weer te integreren in het dagelijkse leven.
De schrijver doet veldwerk in de jungle van Zuid-Amerika. Hij en zijn veldwerkmaat verblijven in de krochten van het tropisch oerwoud. Hier wordt de schrijver voor het eerst psychotisch. ‘Ik wist niet wat dat was, maar ik wist wel dat het niet goed was.’ Aangekomen in Nederland kreeg hij de bekende cultuurschok. De schrijver maakte de studie af en ging werken als toegevoegd onderzoeker, faculteit ruimtelijke wetenschappen, vakgroep fysische geografie. Hierna viel hij is een groot gat en een crisis. Er knapte iets, de thalamus (prikkelverwerker) was kapot. Hij werd opgenomen op de PAAZ en van daaruit kwam hij op de intensive care. 'Mijn jongen, mijn jongen, wat is er toch met jou aan de hand?', zei de dienstdoende psychiater. Hij kon niet meer slikken, praten, lopen, zich omdraaien in bed. Somatisch verwerkte hij zijn psychose. Via het resocialisatie traject van het hostel kwam hij weer in de maatschappij. Hij kreeg daar: een goede woning, de juiste medicatie en werk. De kurk waarop hij nog steeds drijft. Momenteel werkt hij voor de provincie Limburg op het Gouvernement te Maastricht. Dit boek is een verhaal dat zo uniek is dat het verteld moet worden.
De Selfkant en de Voerstreek spreken tot de verbeelding van menige Limburger. Geschetst wordt hier hoe moeilijk het is om vandaag de dag voor de dialecten, die hier als vanouds gesproken worden, om te overleven. Dat geldt voor de Platdietse streek (Frans Limburg), als in de Selfkant (Duits Limburg) en ook voor Nederlands Limburg. Verstaan worden de dialecten door de jongeren (onder de 30 jaar) nog wel, maar spreken doen ze het niet meer. Dit verschijnsel kenmerkt het gehele gebied.In dit boek beschrijft de auteur hoe dit alles zo in ontstaan en gegroeid. Kunnen we wel spreken van de Frans en Duis Limburg anno nu (2023)? En waarom hebben we de dialecten nodig? We kunnen ons toch prachtig uitdrukken in de Standaardtaal (Frans, Duits en Nederlands). En hoe komt het dat het drietalige gemeente Aubel zo uniek is? Toch is er een voorzichtige renaissance opgang gekomen (Rowen Hèze). Het dialect is nog niet verloren, behalve dan in Frans en Duits Limburg. Deze gebieden zijn bijna geheel verfranst en verhoogduitst. Het dialect trekt zich namelijk terug in Nederlands Limburg. In de as Maastricht-Sittard en de as Roermond-Weert.
Een ringwal-complex wordt gebruikt om naar gene zijde te gaan. Oorspronkelijk was het doel de toponiemen van Beek en Spaubeek. Reinoud en Dolf gaan het Borgerwoud binnen door middel van de ringwal. Via de Blauwe Bergen komen ze bij de Graalburcht en ontdekken de Graal. In de Graalburcht woont Radolf. Daar beleven ze met behulp van Lisa en Rhiannon avonturen in het land van Avalon. Een sprookje ontstaat. Via een labyrint komen ze weer terug in de bewoonde wereld. Geheel gelouterd. Ze gaan verder met hun onderzoek naar de toponiemen van Beek en Spaubeek. Waarbij gebruik wordt gemaakt van een 19e eeuw leggerboek en heel veel toepasselijke literatuur. Zoals het toponymisch woordenboek van Maurits Gysseling uit 1960 en het boek Rheinische flurnamen van Heinrich Dittmaier uit 1963. Uiteindelijk worden in dit boek de toponiemen van Beek en Spaubeek gepubliceerd.
Steden en economie zijn nauw met elkaar verbonden. Gert-Jan Hospers geeft op enthousiaste wijze een overzicht van de belangrijkste thema’s uit de stedelijke economie. Daarbij maakt hij met de lezer uitstapjes naar de praktijk aan de hand van aansprekende voorbeelden uit Europese steden. Om grip te krijgen op de veelzijdigheid van het vakgebied is een selectie gemaakt van populaire thema’s uit de hedendaagse literatuur en beleidspraktijk: basisprincipes in de stedelijke economie, de lokale arbeidsmarkt, de ondernemende stad, de innovatieve stad, transformatievraagstukken, de stad als woonplaats, de binnenstad, de rol van toerisme, de slimme stad en de stad in relatie tot de regio. Ook postgroei-benaderingen komen aan bod. Dit boek is niet alleen geschreven voor studenten geografie, planologie, economie en bestuurskunde. Professionals in de stedelijke economie, zoals wethouders, beleidsmedewerkers, ondernemers en adviseurs, heeft dit boek ook veel te bieden. Naast de theorie is er namelijk volop aandacht voor de praktijk en het beleid
In dit boek beschrijft Guurtje Kieft de taak van de mens bemiddelaar te worden tussen de aardse krachten, de natuurwezens, en de engelenhiërarchieën van de planetensferen. Het behandelt allereerst de Geestelijke Krachten: wie zij zijn, en hoe wij alles op Aarde zodanig kunnen voorbereiden dat we met hen leren samenwerken. Wat kunnen we doen om de nieuwe orde van natuurwezens, wezens van de Christus-orde, in de bodem en onze gewassen te laten werken? Wie zijn de Tegenkrachten, hoe en waar werken zij? Vervolgens geeft ze helder en overzichtelijk de kosmische ritmen van onze planeten weer, hun invloed op de bomen, de planten en de voedingsgewassen. De lezer leert hierdoor te handelen op het juiste moment, dat wordt aangegeven door de constellaties. De astronomische symbolen vormen 'de taal' van de engelenhiërarchieën, waardoor zij ons de mogelijkheid bieden harmonie op Aarde en in onszelf tot stand te brengen. Tot slot geeft dit boek een gedetailleerde beschrijving van een nieuwe weg voor het werken met de preparaten. Een weg die de mens kan brengen tot een zuivere afstemming op de Geestelijke Krachten uit de planetensferen, die via de compost en mest in de bodem en gewassen de wezenlijke voedingsstoffen kunnen opbouwen. Een boek voor persoonlijke en geestelijke groei!
Koeien die van begin mei tot eind oktober dag en nacht buitenlopen, worden ook in het weiland gemolken . Door weidemelkers en niet zelden in een ‘doorloopwagen’of een ‘aanbindwagen’. Het leek een uitstervend boerenras, maar niets minder bleek waar. Fotograaf Gert van den Bosch en auteur Douwe Anne Verbrugge bezochten voor dit boek tientallen weidemelkers en zestien van hen zijn in woord en beeld geportretteerd. In weer en wind. Innemende portretten waarbij de dieren tijdens het melken duidelijk op hun gemak zijn. De oprechtheid en eigenzinnigheid van het boerenbestaan spat van de pagina’s af. De lezer ‘ruikt; bij wijze van spreken de koeienpoep en de zoete zweem van rauwe melk. Een beeld waarin boer en koe optimaal figureren. De eerlijke fotografie van Gert van den Bosch en de met passie geschreven verhalen van Douwe Anne Verbrugge weten de sfeer en de onvoorwaardelijke liefde voor het ambachtelijke boerenbestaan op het land optimaal te duiden Een schitterend eerbetoon aan een van de mooiste aspecten van het boerenleven.
De auteur schetst een beeld van de cultuurhistorische ontginningsgeschiedenis op en rond de stad Sittard, aan de hand van veldnamen en toponiemen rond 1820. De lokalisering van de veldnamen is te vinden aan de hand van: https://aezel.eu/ontdekken/geografie/minuutplans-toponiemen. Deze publicatie is tot stand gekomen in samenwerking met het AEZEL-project. Er zijn ongeveer 5000 veldnamen geduid en vele (toponymische)bronnen gebruikt, met als belangrijkste het Toponymisch woordenboek van Maurits Gysseling (Tongeren, 1960) en Rheinische Flurnamen van Heinrich Dittmaier (Bonn, 1963). Getracht is de ontwikkelingsgeschiedenis van dit gebied in kaart te brengen, zonder de pretentie volledig te zijn.
Veldwerken zijn het hart van de studie fysische geografie. Je leert de geleerde dingen in het veld herkennen. Een dekzandrug, een donk, een oeverwal. Je ziet verbanden in het landschap die anderen niet zien. Je let op een graft, een houtwal, een landweer, een ontginningsas. Je ontleedt het landschap tot in z’n elementen en voegt ze dan samen tot één geheel, opgebouwd uit grondcomplexen. Die voor en te na zijn ontgonnen en toen hun naam kregen. Je herkent de moeder-dochter-nederzettingen, de ontginningsgrens en de heerdgang. En vat dit samen tot een synthese.
Manuel Somers
Hoe kan ik een ecologisch verantwoord leven leiden?
In dit boek wil de schrijver je benaderen op een zowel autobiografisch als informatieve manier. In dit boek legt de schrijver de oorzaak uit van actuele onderwerpen zoals droogte, overstromingen en houtkap in buurlanden en over de wereld. Daarnaast schrijft hij vaak over de negatieve gevolgen van broeikasgassen zoals de opwarming van de aarde. Vervolgens is er een vragenlijst toegevoegd die u een idee wil geven over hoe ecologisch verantwoord je leeft. Verder worden er tips en ideeën gegeven in hoofdstukken over bezit, draag zorg voor een product, prijs kwaliteit van een product enzovoort… Alsook worden er tips en ideeën gegeven wat betreft consumeren, het vervoer, wonen en bomen planten.
Dit boek behandelt de dynamiek van stormen, onweer, orkanen en tornado’s, en legt uit hoe de interactie van atmosferische factoren deze extreme weersverschijnselen aandrijft. Het onderzoekt ook hoe en waarom het weer zich ontwikkelt, en de onderliggende processen die aan deze veranderingen ten grondslag liggen. Weerkunde - De krachten achter stormen en onweer biedt een grondige en toegankelijke verkenning van de meteorologie, van de fundamenten van de wetenschap van het weer tot de moderne technologieën die de nauwkeurigheid van weersvoorspellingen naar nieuwe hoogten brengen. Daarnaast wordt de rol van innovatieve technologieën, zoals kunstmatige intelligentie en satellieten, belicht, die de toekomst van weersvoorspellingen en klimaatonderzoek zullen bepalen. Het is een onmisbare bron voor iedereen die dieper wil duiken in de krachten die ons weer beheersen en de invloed van klimaatverandering op onze planeet.
Een triest einde, of moedige herstart? Driehonderdduizend jaar geleden ging de homo sapiens zelflerend aan de slag, eerst in stamverband en later in meer omvattende sociale en culturele verbanden: een veelbelovende groei van collectieve kennis en competentie in balans met de planeet die miljarden jaren eerder ook zelflerend begon aan haar streven naar stabiliteit en balans in de stellaire context. AI-systemen en ‘AI-agents’ halen vergelijkbaar lerend hun slimheid uit die collectieve menselijke intelligentie. Daarmee is er sprake van drie gerelateerde intelligentie-ontwikkelingen langs de kosmische tijdschaal. In het spoor van de miljardenjarenlange groei van de Planetaire Intelligentie (PI) zien we de opkomst van de Homo sapiens Intelligentie (HsI) en sinds kort de daarvan afgeleide Artificiële Intelligentie (AI). Helaas is de HsI inmiddels grotendeels de balans met de planeet kwijt en vastgelopen in een waanziekte met angstige gevolgen voor mens, dier en plant. In de plaats van het symptoom-gezeur rond koolstofdioxide-opslag en energietransitie, moet de oorzaak, de onbalans, worden aangepakt. Het verhaal van de verbazende PI-ontwikkeling toont daartoe, als leidraad voor die aanpak, kansen voor (her)positionering en (her)vorming van de HsI, met en zonder AI. Jack Gerrissen werkte hoofdzakelijk in de industriële R&D, was deeltijds-hoogleraar ICT en ging in dienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken eerst vier jaren naar Mozambique en later vijf jaren naar Bolivia voor de institutionele versterking van de universiteiten daar.
Al onze ervaringen, ons denkvermogen, onze creativiteit, onze intuïtie: ze leiden tot inzichten in de essentie van ons bestaan en van onszelf. Vanuit dit besef is de auteur op zoek gegaan naar antwoorden op belangrijke vragen in ons leven. Hebben wij een vrije wil? Wat heeft de evolutie in ons tot stand gebracht? Wat is de zin van het leven? Welke rol speelt spiritualiteit? Reflectie en zelfreflectie levert inzichten op die in de ogen van de auteur vanzelfsprekend zijn. Dit boek is een verzameling redeneringen, ideeën, verhalen en belevenissen met een persoonlijke inslag.
Studieboeken over Geografie